Veertig jaar geleden werd de eerste aidspatiënt een Nederlands ziekenhuis binnengebracht. Dat er nog steeds geen vaccin of geneesmiddel tegen is, is een tegenvaller te noemen. Maar waar een hiv-infectie in 1981 nog je dood betekende, worden veel mensen met hiv in 2021 even oud als de gemiddelde Nederlander. Ze kunnen het virus bovendien niet meer overdragen. Toch hebben sommigen van hen last van stigma: ze worden aan het einde van het tandartsspreekuur geplaatst, of merken dat zorgverleners voor de zekerheid dubbele handschoenen aantrekken. Voor NRC sprak ik drie mensen over wat het voor hen nog betekent om hiv te hebben.
Ik schreef vaker over hiv:
- Veertig jaar hiv-onderzoek hielp de ontwikkeling van het coronavaccin. Brengt corona nu ook een hiv-vaccin dichterbij? (Vrij Nederland)
- Directeur UNaids Winnie Byanyima ziet het tijdens de ontwikkeling en verspreiding van het coronavaccin opnieuw gebeuren: eigen land eerst (NRC)
- Amsterdam wil naar nul hiv-infecties in 2026. Hoe? (NRC)
- Hiv-preventiepil PrEP dreigt opnieuw moeilijk verkrijgbaar te worden (NRC)
- ‘Je kunt toch gewoon een condoom gebruiken?’ Over waarom de vergoeding van PrEP zo lang duurt (Vrij Nederland)